Molen. Achtkante korenmolen met balie.

St.Martinus, 1884, Ch.Weber. Driebeukige neogotische kruiskerk met slanke toren. Mechanisch torenuurwerk.

Boerderij uit de eerste helft van de 19e eeuw met woongedeelte dat dwars voor de stal is gebouwd en een rieten zadeldak tussen puntgevels met vlechtingen draagt. Vensters met luiken en zesruitsschuiframen. De stal heeft een...

Boerderij van het Kempische langgeveltype, met twee schuren.

Vermoedelijk laat 18e eeuwse, in schoon metselwerk opgetrokken boerderij van het Brabantse langgeveltype onder met riet gedekt wolfdak, waarvan de gevel van het woongedeelte aan de noordzijde iets inspringt; in het...

Boerderij van het hallehuistype dus zonder uitgebouwd voorhuis, op fraai met opgaand hout begroeid en omgracht erf gelegen. Achtergevel in vakwerkconstructie; op de bovendorpel inscriptie in het duits met datum 1818; muren...

Kloostercomplex. In zwaar geboomte gelegen complex van om een pandhof gegroepeerde drie vleugels, waarvan de zuidelijke door de hooggotische kapel gevormd wordt, thans Hervormde Kerk. Langs de pandhofzijde van de noordvleugel...

Redoute Barnflair. Zeshoekig redoute, behorend tot de 1e linie van de Eems.